Ieder jaar, in het kader van het Compendium voor Kust en Zee, rapporteert het compendiumsecretariaat van het VLIZ in de vorm van een beleidsinformerende nota (BIN) over de huidige stand van het marien onderzoek in Vlaanderen en België. Hierbij worden onder meer de onderzoekscapaciteit, alsook de wetenschappelijke output in kaart gebracht en wordt dieper ingegaan op internationale samenwerkingsverbanden, de geografische focus van het onderzoek en het gebruik van onderzoeksschepen.
Uit de inventaris blijkt dat marien onderzoek leeft in België. Zo worden er momenteel (ijkpunt 29/11/2019) 118 mariene onderzoeksgroepen (MOGs) geïdentificeerd die jaarlijks rond de 600 peer-reviewed publicaties publiceren. Een wetenschappelijk output die vergelijkbaar is met de grotere mariene instituten in de buurlanden. De voorbije 10 jaar (2008-2018) publiceerden deze onderzoekgsgroepen in bijna 1.200 verschillende tijdschriften en steeg het aandeel aan open access tijdschriften tot bijna 54%, terwijl dit in 2008 amper 5% bedroeg. De meeste van de Belgische mariene onderzoeksgroepen zijn geaffilieerd aan Vlaamse universitaire associaties (72) en Franstalige universiteiten en hogescholen (33), al tellen de groepen van de Vlaamse en federale wetenschappelijke instellingen doorgaans een groter aantal wetenschappelijke en technische medewerkers. Het zwaartepunt van de expertise van de MOGs situeert zich in de natuurwetenschappen (81 MOGs) en de ingenieurswetenschappen (36 MOGs). Verder zijn de groepen actief in niet minder dan 19 onderzoeksdisciplines, hetgeen de diverse expertise in het mariene onderzoekslandschap in de verf zet.
Het Belgische marien onderzoek is ook sterk internationaal georiënteerd. In bijna 80% van de publicaties vindt het onderzoek buiten het Belgisch deel van de Noordzee plaats en in 74% is er sprake van internationale samenwerking. Deze internationale samenwerking gebeurt voor het merendeel met de buurlanden en de VS, maar het netwerk van onze mariene onderzoekers strekt zich uit tot maar liefst 137 landen. Ook werd in ongeveer 27% van de gevallen (2008-2018) een (onderzoeks)schip ingezet voor de dataverzameling, goed voor een totaal van 257 verschillende (onderzoeks)schepen uit 43 landen.
Met deze jaarlijkse beleidsinformerende nota tracht het VLIZ het marien en maritiem (wetenschaps)beleid, de mariene onderzoeksgemeenschap en andere belanghebbenden en betrokkenen te informeren over het karakter en de evolutie van marien onderzoek in België. Als u interesse hebt in de ruimere context achter deze cijfers, verwijs ik u door naar Hoofdstuk 1 Geïntegreerd Maritiem Beleid van het Compendium voor Kust en Zee 2018 waar deze oefening werd gedaan voor de cijfers uit 2018.
Verder kan u met vragen over deze publicatie steeds terecht bij compendium@vliz.be.